Mark Doorn
Mark Doorn

12

Oct

23

999

min. leestijd

KUNST... OMDAT HET MOET!

Onder deze titel zou de publieke omroep in de jaren ‘90 kunst wel eens even onder de aandacht brengen van het gepeupel. Ik weet nog goed dat mijn eerste gedachte toentertijd bij deze naam was, dat de staatsomroep hoogstwaarschijnlijk een fikse tik op de vingers had gekregen van de allerlaatste staatssecretaris die nog iets met kunst en cultuur had. Ik kon me een levendige voorstelling maken van de redactievergadering van ‘De Grootste Familie van Nederland’ in Hilversum op maandagochtend. De voorzitter, waarschijnlijk zo’n netmanager-achtige figuur in een fout pak, begon met een zwaar hoofd en een diepe zucht: “Dames en heren, we moeten iets met kunst”.

Mark Doorn
c
o
l
u
m
n

Ik vermoed dat ze het in elk geval snel eens waren over het tijdstip van uitzending. De kijkcijfers deden er niet toe, want op woensdagavond laat lag de doelgroep, na een avondje voetbal en de nodige pijpjes bier, al lang en breed te snurken. De echte kunstliefhebber zou het programma toch volstrekt negeren en de overgebleven kijkers zapten zo laat liever wat heen en weer tussen de blotetieten reclames op ‘de commerciëlen’. Tijdens de opening van de laatste expositie die ik samen met een aantal goede vrienden had georganiseerd in onze fleurige enclave aan het Kennemerduin, vroeg mijn puberende zoon, die overigens in zijn nog jonge leven best veel heeft meegekregen aan kunst en cultuur: “Pap, wat is kunst nu eigenlijk?” Voor wie mij kent….ik sta niet snel met mijn mond vol tanden, maar ik moest toen toch even heel diep nadenken over een goede definitie van kunst. Veel verder dan dat kunst een manier is om een gevoel, een gedachte, een idee, een beeld of geluid in je hoofd tot uitdrukking te brengen, kwam ik niet. Op zich vond ik dit al best een heel aardige omschrijving.

Toen ik met hem langs de werken liep, stond hij ineens stil bij het schilderij waarop een vriendin van mij net een half uur daarvóór verliefd geworden was. “Ja maar pap, dit is toch geen kunst???” Daarmee was ook weer veel gezegd. Ik legde hem uit dat je iets niet per se mooi hoeft te vinden om het kunst te kunnen of mogen noemen. In mijn gedachten ging ik terug naar mijn conservatoriumtijd, toen studenten van de Gerrit Rietveld Academie mochten exposeren aan de muren van ons mooie gebouw aan de Amsterdamse Van Baerlestraat. Terwijl wij aan het zwoegen waren op de meest ingewikkelde etudes, sonates en symfonieën, mochten zij, waarschijnlijk onder invloed van de nodige geestverruimende middelen, helemaal los gaan op een stuk canvas. De titels van de composities waren vaak honderd keer mooier dan de werken zelf, kon ik me nog herinneren. Mijn ouders waren geen museumtypes. Veel verder dan het Openluchtmuseum in Arnhem, het Afrikamuseum in Nijmegen en het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen zijn wij in mijn jeugd niet gekomen. Ik heb gelukkig nog wel een inhaalslag gemaakt, maar een echte kunstkenner zal ik nooit worden. Mensen zijn vaak wat verbaasd als ik ze vertel dat ik musea als Het Rijks of het Louvre een beetje mijd. Te groot, te veel, te oud. Ik zie echt de artistieke en historische waarde wel van bijvoorbeeld de zeventiendeeeuwse grootmeesters, maar ik hoef ze niet bij mij thuis aan de muur te hebben hangen. Doe mij maar iets moois uit een leuke galerie in een onbekend zijstraatje van een leuke provinciestad, waarvan de verf nog een beetje nat is.

meer columns van

Mark Doorn

VRIENDEN VAN LEVEN! MAGAZINE

Sterrenheuvel
WordPress naar Webflow
Pronto
supercharge.studio
Bistrobar Indonesia
Avila Reizen